God wordt geëerd in mensen die leven in vrede

25 december 2015

De mens is geschapen met een natuurlijk verlangen naar vrede. Waar vind je die vrede? In de liefde van God.

Lezen: Lucas 2:1-20

Tekst: Lucas 2:14

Waar vind je vrede? Misschien zeg je: in Nederland. Want er is hier geen oorlog. Toch zijn heel veel mensen in Nederland ontevreden. Ontevreden met hoe dingen gaan. Ontevreden over anderen. Ontevreden misschien ook over zichzelf. Hun leven. Hun uiterlijk. Ze hebben er geen vrede mee... En die ontevredenheid geeft onrust. Het zit je dwars, het blokkeert je. Het frustreert. Het laat je niet los. Daarachter zit het verlangen naar vrede. De mens is geschapen met een natuurlijk verlangen naar vrede. Naar goede, open relaties. Naar harmonie. Met de medemens. Met God. Maar ook met jezelf. Waar vind je die vrede?

 

Vrede vind je in de liefde van God

Het antwoord is: in de liefde van God. God zegt: vrede, echte vrede -ook met jezelf, maar ook met anderen, en met mij- vind je in mijn liefde. Vrede heeft te maken met liefde. Zonder liefde geen vrede. Dan kun je een ‘gewapende vrede’ hebben, of een ‘lieve vrede’, maar het is geen echte vrede. Echte vrede sluit je. Zelfs met jezelf. Iemand kan na jaren van worsteling vrede sluiten met zichzelf. Je accepteert jezelf. Hoe je bent. Hoe je eruit ziet. Hoe je leven is gegaan. En jezelf accepteren is nog wat anders dan je erbij neerleggen. Dan geef je de strijd op. Maar als je jezelf accepteert dan zit daar liefde in. En dat geldt ook voor je relaties met anderen. Vrede sluiten is niet elkaar ontlopen, de confrontatie mijden, maar vanuit liefde het goed willen hebben. En ook vrede met God, dat je met God door één deur kunt, heeft te maken met liefhebben. God liefhebben. Zulke vrede, echte vrede in je leven, zou dat niet heerlijk zijn? Je vindt deze vrede in de liefde van God. Luister maar eens naar dat lied van de engelen.

 

Wat onze vrede en Gods eer met elkaar te maken hebben

Wij kennen dit lied als het ‘Ere zij God’, en het is goed om dit lied met Kerst te zingen. Want het laat je zien waar het bij de geboorte van Jezus om gaat. Het gaat om de eer van God. Het gaat bij Kerst om de glorie van God. Zijn grootheid. Zijn majesteit. Zijn almacht. Zijn liefde en trouw. En dat die geprezen wordt. Dat daar met verbaasde verwondering over gesproken wordt. Dat is God eren. Met verrast ontzag over Gods grootheid en heerlijkheid en liefde praten. Het gaat dus bij Kerst niet eens allereerst om die vrede waar wij zo naar kunnen verlangen. Dat is pas vers 2 in dit lied. De engelen zingen: ‘Eer aan God in de hoogste hemel... en vrede op aarde voor alle mensen die hij liefheeft.’ Op 1 staat de eer aan God, op 2 de vrede voor mensen. En ik ga in deze preek laten zien wat ze met elkaar te maken hebben: Gods eer en de vrede voor mensen. Want ze zijn nauw met elkaar verbonden. Maar let erop dat de eer van God voorop staat. Soms hebben wij de neiging niet verder te kijken dan de wijzende hand. Als je een klein kind iets wil aanwijzen, dan kijkt het naar je hand. In plaats van naar het voorwerp waar je naar wijst. En ik weet niet waar u nu naar kijkt, waarschijnlijk ook naar mijn hand, maar ik wijs naar de kerkenraad. Je moet dus eigenlijk even naar de kerkenraad kijken. En zo kun je ook blijven haken bij de vrede van het ‘Ere zij God’. Want wat kun je verlangen naar die vrede. In een wereld die uit zijn voegen barst van de oorlogen. In je eigen leven waarin je zoveel onvrede kunt ervaren. Met anderen of met jezelf. Maar blijf niet naar de wijzende hand kijken. De vrede die God op aarde gaat geven door de geboorte van Jezus wijst op God. Op zijn grootheid, zijn glorie, de heerlijkheid van zijn wezen.

 

Eer aan God 1: de geboorte van Jezus

De eerste vraag is dus: hoe krijgt God eer door de geboorte van Jezus? Jezus is geboren en een engelenleger zingt: ‘Eer aan God in de hoogste hemel.’ En let op, dit is geen oproep, zo van: ga God eren, maar het is een uitroep. Een uitroep naar aanleiding van het feit van Jezus’ geboorte. Die geboorte op zich geeft God eer. Het gaat hier ook niet over mensen-eer, maar over eer die engelen brengen. Want het stukje ‘in de hoogste hemel’ slaat niet op God -eer aan God die in de hoogste hemel woont- maar het duidt de plek aan waar de eer aan God gebracht wordt. Namelijk in de hoogste hemel. Het dichtst bij Gods troon. Door de meest hooggeplaatste engelen en hemelingen. Nu Jezus geboren is op aarde juicht heel de hemel. Dat is wat het engelenleger hier zegt. Nu Jezus geboren is op aarde juichen zij die in de hemel zijn. Want in de geboorte van Jezus, de redder, blijkt Gods liefde, blijkt Gods trouw, blijkt Gods goedheid, zijn geduld, zijn macht, zijn majesteit, zijn wonderlijke goddelijkheid. Want Híj heeft deze geboorte bewerkt. Het feit van Jezus’ geboorte brengt de hemelbewoners tot uitroepen van verbaasd ontzag: dat het eindelijk zover gekomen is, dat de Vader dit werkelijk doet, dat de Zoon echt naar de aarde is afgedaald. Wat een God is Hij!

 

Eer aan God 2: vrede voor mensen

Maar de tweede vraag is nu: wat hebben de hemelse eer aan God en de vrede op aarde voor mensen met elkaar te maken? Je ontdekt het wanneer je van het woordje ‘en’ maakt: ‘door’. Eer aan God in de hoogste hemel, door vrede op aarde voor alle mensen. Er zijn dus twee manieren waarop God aan zijn eer komt. Misschien nog wel veel meer, maar je ontdekt er hier twee. De eerste is: door de geboorte op zich. In de hemel wordt God om de geboorte van Jezus geëerd en geprezen. En de tweede manier waarop God eer ontvangt is: wanneer mensen in vrede leven. Want wat is dat bijzonder! Mensen die in vrede leven. Volken die in vrede met elkaar leven. Mensen van verschillende rassen die in vrede met elkaar leven. Je kunt je het haast niet voorstellen in onze wereld. Maar door Jezus zal het zover komen. Op grond van zijn leven en sterven op aarde mag Hij nu in de hemel regeren. En heen werken naar die samenleving waarin God centraal staat en waarin Hij aanbeden wordt. Een samenleving die door Hem gevormd wordt. In de kerk zie je er al iets van. En ook daar is het toch bijzonder wanneer mensen in vrede met elkaar leven en omgaan. En in de gezinnen. En in de families. Kerst wordt in de wereld om ons heen neergezet als een familiefeest. Met diners en gezelligheid. Maar hoe vaak blijven er geen stoelen leeg? Ontbreken er familieleden. Hoe gevoelig is het soms, want we moeten die tevreden stellen en die. Maar als we haar uitnodigen dan wil hij niet meer komen. Wat is het soms complex... Wanneer er vrede is, een echt elkaar accepteren in liefde, over moeiten heen, dan is dat een groot wonder.

 

En dat komt bij God vandaan. Mensen hebben dat niet in zich. Niet vanuit zichzelf. Daar is een liefde voor nodig die je moet ontvangen. Moet krijgen. Want het gaat hier over gevende liefde. Gunnende liefde. Niet over een liefde die je voelt vanuit jezelf, een liefde die in jou wordt opgewekt door die ander, door hoe hij of zij is. Nee, ik heb het over liefde die het goede voor de ander zoekt ondanks wie hij of zij is. En ondanks wat hij of zij gezegd of gedaan heeft of doet. Niet omdat het blinde liefde is of liefde die een oogje dicht knijpt, maar liefde die de fouten van de ander ziet, maar ze verdraagt, en vergeeft, en bedekt. Dat klinkt allemaal heel erg zoals God met ons omgaat. En dat is ook precies waar we het vandaan hebben. Dat is precies van wie we het leren. In Kolossenzen 3:13 zegt de apostel Paulus: ‘Verdraag elkaar en vergeef elkaar als iemand een ander iets te verwijten heeft; zoals de Heer u vergeven heeft, moet u elkaar vergeven.’ En vers 14: ‘Kleed u in de liefde, dat is de band die u tot een volmaakte eenheid maakt.’ Zonder liefde geen vrede. Zonder God geen vrede. Want om die liefde te kunnen geven moet je het eerst ontvangen. Je moet geliefd worden voor je kunt liefhebben.

 

En daarom is elke vrede hier op aarde een blijk van Gods liefde. Waar je vrede ziet, zie je de grootheid van God. Hij bewerkt vrede op de meest onmogelijke plekken, en op de meest ongedachte momenten. Soms tot je eigen verrassing. Vrede, herstel van relatie, waar je dat nooit meer verwachtte. Gods grootheid, zijn heerlijkheid wordt zichtbaar in vrede op aarde. En het ‘Ere zij God’ vertelt je waarom, je ziet er altijd Gods liefde in. Dat is dat laatste stukje: ‘in mensen een welbehagen.’ De Nieuwe Bijbelvertaling zegt: vrede op aarde voor alle mensen ‘die hij liefheeft’. Een welbehagen, dat is: liefde hebben voor, vreugde vinden in. Dus het is een goede vertaling: vrede op aarde voor alle mensen, die hij liefheeft’. God houdt van mensen. Gods vrede is niet alleen voor de mensen die Hij liefheeft, dan lees je het beperkend. Nee, er staat dat er met de geboorte van Jezus vrede op aarde komt voor alle mensen. Voor die mensheid waar God zoveel van houdt. ‘Al zo lief had God de wereld, dat hij zijn enige Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft (Johannes 3:16, 1 Timoteüs 2:4). God houdt van mensen en hij weet dat zij opbloeien als er vrede in hun leven is. Dat is de hele opzet achter de geboorte van Jezus. Door Hem komt er vrede op aarde. Vrede tussen God en mensen, vrede tussen mensen onderling, vrede met jezelf. En waar dat wonder zichtbaar wordt, zal God worden geëerd. Gods glorie, zijn heerlijke, goddelijke liefde wordt zichtbaar in de vrede van mensen.

 

Hoe je deze vrede in je leven herkent

Ik denk dat je dit wel in je leven herkent. Dat je vrede vindt in Gods liefde. Alleen in Gods liefde. Ergens anders vind je het niet. Dan blijf je zoeken, onrustig. Ik ga ze alle drie bij langs: de vrede met God, de vrede met jezelf en de vrede met je medemens. Allereerst de vrede met God.

 

    Vrede met God

Als je Gods liefde kent, dan weet je dat Hij graag vergeeft. Dat God het beste met je voor heeft. Dat Hij zoekt naar omgang met jou. God is vanuit zijn liefde gericht op relatie met jou. Hij wil jou dichtbij zich hebben. Met je samen zijn en samen leven. Je ziet dat in Jezus. God liet zijn eigen Zoon als mens in deze wereld geboren worden om de gebroken relatie te herstellen. Om jouw zonden te dragen. Om jouw afkeer van God om te buigen, terug te buigen. God doet er in zijn liefde alles aan om de relatie met jou weer open en goed te krijgen. Dat zie je in Jezus. In zijn geboorte als mens. Alle onrust mag daarom uit je relatie met God verdwijnen. Alle twijfel aan God. Wees nooit bang dat je het te erg hebt gemaakt. God zag dat al toen Hij zijn Zoon naar de aarde stuurde. Juist daarom stuurde Hij zijn Zoon naar de aarde. Omdat jij en ik het zo bont maakten.

 

    en met zijn beleid

In Gods liefde vind je ook vrede met zijn beleid. Wanneer Gods weg met jou een moeilijke weg is, een weg die je niet begrijpt, dan kan dat gemakkelijk in je relatie met de Here een hobbel worden. Het gaat tussen God en jou instaan. De open relatie is weg, het blokkeert. Er is onvrede. Maar laat ook dan Gods liefde voor jou, zichtbaar in het sturen van zijn Zoon naar de aarde, de relatie weer openen. Vrede met Gods beleid krijg je door je vast te grijpen aan Gods liefde voor jou.

 

    Vrede met jezelf

En hoe helpt Gods liefde je om vrede te krijgen met jezelf? Kijk, ontevreden zijn met jezelf -je uiterlijk, je innerlijk- dat heeft te maken met of je van jezelf kunt houden. En daar is niets mis mee. Wij zullen God liefhebben, en de naaste ‘als onszelf’. Jezus veronderstelt dat mensen van zichzelf houden. ‘Niemand haat ooit zijn eigen lichaam’, zegt de apostel Paulus (Efeziërs 5:28-29). En toch gebeurt het. Dat is de doorwerking van de zonde, die alles wil verwoesten. Maar, denk hier eens over na: als God van jou houdt, God die jou van binnen en van buiten nog beter kent dan jijzelf, zou jij dan niet van jezelf houden? Als God jou je fouten vergeeft, zou jij ze dan jezelf niet vergeven? Als God tevreden is met jou -niet vanwege jezelf, maar in zijn Zoon Jezus Christus- zou jij dan niet tevreden zijn met jezelf? Sluit vrede met jezelf omdat God dat ook al deed.

 

    Vrede met je medemens

En de vrede met je medemens heeft heel erg met die eerste twee te maken. Wie zichzelf niet accepteert, eigen tekorten ten diepste niet kan verdragen, hoe zou hij of zij de tekorten van een ander verdragen? Wie veeleisend is naar zichzelf toe kan zomaar ook veel van een ander eisen. Juist wanneer je vrede met God ervaart, en juist wanneer je van daaruit vrede hebt met jezelf, juist dan ontstaat er ruimte om in vrede met je medemens te leven. In het gezin. In je huwelijk. In de familie. In de gemeente. In de omgeving waar je woont. Hier wordt het evangelie van vanmorgen heel concreet. In de omgang met je medemens verdwijnt alle zweverigheid. Het wordt gewoon heel concreet: heb lief, stap over vijandschap heen, maak het goed, zoek de ander op. God zal daar om geëerd worden. En jij groeit er door. Je gaat meer vrede ervaren. De apostel Paulus zegt: ‘Laat in uw hart de vrede van Christus heersen’ (Kolossenzen 3:15). Dat is de vrede van Kerst. Want in de geboorte van Jezus zie je Gods liefde op zijn aller diepst. Laat die liefde in je heersen. Vanuit die liefde accepteert God jou met je hele hebben en houden. Vanuit die liefde mag jij jezelf leren accepteren met je hele hebben en houden. En vanuit die liefde kun je ook je naaste accepteren, met zijn hele hebben en houden.

 

Het koninkrijk van God is een zaak van vrede

En wat geeft dit een rust. Vrede geeft rust. Vrede voor mensen op aarde. Want God houdt van mensen. Hij weet dat vrede gelukkig maakt, en het leven tot bloei brengt. God weet dat vrede mogelijkheden biedt, en kansen geeft en vensters open zet. Vrede is leven. Paulus zegt over het koninkrijk van God: ‘het koninkrijk van God is geen zaak van eten en drinken, maar van gerechtigheid, vrede en vreugde door de heilige Geest’ (Romeinen 14:17). Mensen zijn gebaat bij vrede. Vrede met God, vrede met zichzelf, vrede met de medemens. Als je die vrede in een mens ziet, dan zie je de grootheid van God. Zijn liefde. Zijn trouw. Want Hij heeft die vrede bewerkt. Door zijn Zoon geboren te laten worden als mens. Prijs God om die liefde. En onthoud deze Kerst: jouw vrede is Gods eer. Amen.