Het mysterie van een goed huwelijk

10 april 2011

In het huwelijk is volgens Gods ordening de man hoofd en de vrouw hulp. Dat klinkt leuk voor mannen maar minder leuk voor vrouwen. In de preek wordt uitgewerkt wat de termen hoofd en hulp betekenen, wat dat te maken heeft met Christus en zijn kerk, en hoe dit je huwelijk kan verrijken!

Lezen: Efeziërs 5:21-33

Tekst: Efeziërs 5:21-33

In het huwelijk is de man hoofd en de vrouw hulp. Over dat hoofd-zijn hebben we gelezen in Efeziërs 5: ‘Vrouwen, erken het gezag van uw man als dat van de Heer, want een man is het hoofd van zijn vrouw’. En de term ‘hulp’ of ‘helper’ komt uit Genesis 2:18 waar staat: ‘God, de Heer, dacht: Het is niet goed dat de mens alleen is, ik zal een helper voor hem maken die bij hem past.’ Dus in het huwelijk is de man hoofd en de vrouw hulp.

 

Maar kunnen wij daar nog mee uit de voeten? Hoe is dat in onze huwelijken? Wie van de mannen hier vindt zichzelf echt hoofd? En wie van de vrouwen vindt zichzelf echt hulp? Stelletjes die nog voor hun huwelijk staan geven soms klip en klaar aan dat ze het idee van hoofd en hulp liever kwijt dan rijk zijn. Het is mij wel eens gevraagd of ik dat stukje van het formulier niet kon overslaan in de huwelijksdienst. En dat verzoek werd heel oprecht gemotiveerd: de aanstaande bruidegom zelf zei dat hij geen enkele behoefte had om over zijn vrouw te heersen, zíj gingen alles samen doen.

 

En is onze moeite met de termen hoofd en hulp ook niet te begrijpen tegen de achtergrond van de eeuwenlang onderdrukking van vrouwen in het huwelijk? Haar enige recht was het aanrecht, enzo. Goddank is dat voorbij. Maar wat moeten we dan nu met Efeziërs 5? Dat Gods Woord de man aanwijst als hoofd van zijn vrouw, en dat de vrouw zich aan dit gezag moet onderwerpen, kunnen we niet zomaar negeren. Helemaal al niet omdat het verbonden wordt aan de relatie tussen Christus en de kerk. Het huwelijk is een beeld van de relatie tussen Christus en zijn gemeente. In het huwelijk van man en vrouw krijg je iets te zien van hoe het is tussen Christus en zijn gemeente. Dat is een relatie van liefde en trouw. Gebaseerd op genade. Niets van die liefde verdienen wij. En zo is het ook in het huwelijk. Het huwelijk is gebaseerd op genade. Op gevende liefde en ware trouw. Wij verdienen elkaars liefde niet, maar ontvangen die. Het is die genade die het huwelijk in stand houdt. Maar omdat die relatie van Christus en de gemeente onzichtbaar is, laat God die afbeelden in het huwelijk. Wanneer mannen zich hoofd betonen van hun vrouw laten zij iets zien van hoe Christus is voor zijn gemeente. Wanneer vrouwen het gezag van hun man erkennen laten zij iets zien van hoe de kerk is in de relatie met Christus.

 

Ik ga eerst nog even weer terug naar onze weerstand tegen de termen hoofd en hulp. Die is niet alleen verklaarbaar vanuit de onderdrukking van vrouwen in het verleden, maar toch ook vanuit de betekenis van die termen in het heden? Wat is bij ons een hoofd? Dat is het hoofd van een afdeling. Dat is de chef. De baas. Je kunt het hoofd van een school zijn. Dat betekent: je bent de directeur. En wat is bij ons een hulp? Ja een hulp dat is iemand die allerlei klusjes doet. Die opdrachten ontvangt van zijn meerderen. Die zelf weinig inbreng heeft. Hij of zij moet gewoon doen wat wordt opgedragen. Dan ben je een hulp, of een hulpje. En we voelen wel aan: iedereen wil graag hoofd zijn, maar niemand hulp. Tegen iemand die hoofd is kijken we op, op iemand die hulp is kijken we neer. Het heeft voor ons iets hiërarchisch: een hoofd staat aan de top van de ladder, de hulp staat helemaal onderaan.

 

En hebben wij daar in onze Nederlandse samenleving niet een beetje een hekel aan? Wij denken liever egalitair. Dat betekent: iedereen is gelijk. Wij zeggen: ‘Niemand is meer, niemand is minder. En iedereen is waardevol voor God. Even waardevol.’ En zo kijken we dus ook naar ons huwelijk: de man staat niet boven de vrouw. En daar ben ik het helemaal mee eens. Maar wat betekent het dan wanneer God in Efeziërs 5 zegt dat de man gezag heeft over de vrouw, en dat zij dit moet erkennen? Kunnen wij sowieso nog met het woord gezag uit de voeten? In het huwelijk levert deze impasse rond de termen hoofd en hulp ook allerlei concrete vragen op. Ze worden mij geregeld gesteld wanneer ik jonge mensen begeleid op weg naar hun huwelijk. De man zegt: ‘Moet ik persé kostwinnaar zijn? Of mag het ook omgekeerd? Moet ik bidden en lezen aan tafel? Of is het ook mooi wanneer zij dat doet? Moet ik uiteindelijk de knopen doorhakken wanneer er beslissingen moeten worden genomen? Of kan de vrouw dat ook doen?’

 

Misschien moeten we eerst die termen hoofd en hulp eens tegen het licht van de bijbel houden. Voor ons is hoofd-zijn iets begerenswaardigs, dat willen we allemaal wel, en hulp-zijn vinden we eigenlijk niks. Opvallend is dan dat God zich in de bijbel de ‘hulp van Israël’ laat noemen. Dat is in de Psalmen (33:20, 40:17, 46:2, 63:7, 70:5, 94:17, 115:9-11). God is de hulp van Israël. Een hulp die Israël absoluut niet kan missen. Zonder die hulp zijn ze verloren. In de bijbel is een helper niet maar iemand die wat overblijvende klusjes opknapt, maar een superbelangrijk iemand, waar je echt niet zonder kunt. Zo lezen we ook Genesis 2:18, Adam kon niet zonder de hulp van de vrouw die God hem gaf. Dus iedere vrouw hier mag bedenken dat hulp-zijn niet iets onbeduidends is, ergens onderaan de ladder, maar dat het een hoge positie is, die God zelf ook vervult.

 

Dan de man. Het hoofd. Hoe zit het daarmee in de bijbel? Mannen, hou je hart maar vast, want je voelt het wel aankomen, ook hier gaat ons plaatje op z’n kop. Ik kijk daarvoor in Efeziërs 5. Wat heeft Christus gedaan als hoofd van zijn gemeente? Hij heeft zich voor zijn gemeente gegeven. Opgeofferd. Christus’ hoofd-zijn heeft hem dit gebracht, dat Hij zijn leven erbij ingeschoten is! Denk even aan de kapitein van een schip. Dat is een mooie positie. Hij is de baas van dat hele grote schip. Maar wanneer het schip zinkt zal hij de laatste zijn die het schip verlaat. Het mag niet zo zijn dat hij overleeft, terwijl er passagiers omkomen. Zo is het hoofd-zijn van de man ook. Dat is geen erebaantje waarin je eens even lekker de lakens kunt uitdelen, maar het is een verantwoordelijke positie die je bijzonder veel zal gaan kosten. Om te beginnen: zelfverloochening.

 

Samenvattend zou je de posities van man en vrouw in het huwelijk zo kunnen omschrijven: de man is de eerstverantwoordelijke in de relatie. En van de vrouw wordt gevraagd recht te doen aan de plaats van haar man. Zie ook het huwelijksformulier achter in ons kerkboek. En dit betekent niet dat de man persé kostwinnaar is, dat hij aan tafel altijd bijbel leest en bidt, en dat de vrouw het huishouden runt. Soms liggen competenties, gaven ook anders. Er kan een situatie zijn waarin de vrouw voor het grootste deel van het inkomen zorgt. Misschien is zij ook hoger opgeleid. En als het gaat over bijbel lezen en bidden aan tafel vind ik het mooi wanneer man en vrouw dat samen doen. En beslissingen nemen doe je toch ook het liefst in gezamenlijkheid. Toch blijft het huwelijksformulier zeggen: ‘Als eerstverantwoordelijke moet de man zijn vrouw voorgaan in het leven met de Here. Hij zal zorg dragen voor haar welzijn en haar geborgenheid geven.’ Ligt de leiding van het gezin nu bij de man? Maar wat nu als de vrouw veel meer verstand heeft ontvangen? Intelligenter is? Daadkrachtiger? Moet de man dan nog steeds leiding geven? Het gaat God hier helemaal niet om competenties. Mannen en vrouwen kunnen heel goed even geschikt voor iets zijn. Maar God deelt wel specifieke taken uit, rollen. Voorbeeld: wanneer een man zegt: ‘ik vind het moeilijk om te lezen en te bidden’, en zijn vrouw zegt: ‘ik doe het graag’, laat het dan zo zijn dat zij dat doet. Tegelijk blijft de man er verantwoordelijk voor dat het gebeurt. Híj zal initiatief moeten nemen wanneer het versloft. God zal hém daarop aanspreken. Net zoals God Adam bevroeg op het eten van de boom, wat Adam en Eva samen gedaan hadden.

 

En wat is dan de taak van de vrouw in het huwelijk? Zij moet ‘recht doen aan de plaats van haar man’, zei ik net. Zo zegt het huwelijksformulier dat ook. En dat rust op Efeziërs 5 waar God zegt: ‘Vrouwen, erken het gezag van uw man’. Hoe wordt dat nou concreet? Hoe doe je dat concreet? Het formulier zegt daarover: ‘als vrouw moet je je door je man laten leiden, je aan hem toevertrouwen en hem volgen in het dienen van de Here, en hem helpen bij alle dingen die naar Gods wil zijn.’ Tja, lastig! Het is in ieder geval geen slaafse volgzaamheid. Het betekent ook niet thuiszitten en niets doen. Denk aan de vrouw van Spreuken 31. Over haar wordt gezegd: ‘Als zij haar zinnen op een akker zet, koopt ze hem, van wat ze heeft verdiend, plant ze een wijngaard’ (vers 16). De kern van de taak die de vrouw in het huwelijk krijgt is haar man de plaats geven die hem toekomt. Zij zal het gezag van haar man erkennen. In Efeziërs 5 zijn daar 3 hele verzen aan gewijd. Zij doet dit niet door alleen maar ja en amen te zeggen. Nee, zij brengt haar kunde en kennis in, maar uiteindelijk maakt zij duidelijk dat zij haar man volgt. De man die gezag heeft wordt in Efeziërs 5 overigens 6 hele verzen opgeroepen om geen gezag over zijn vrouw te voeren, maar haar lief te hebben! De christenvrouw moet dus onderdanig zijn aan iemand die haar liefheeft. Kortom, zij laat hem in de positie dat hij verantwoordelijk is. Volgen is een werkwoord. En net zoals de mannelijke rol van verantwoordelijkheid zelfverloochening vraagt, zo vraagt ook de vrouwelijke taak van recht doen aan de positie van haar man zelfverloochening.

 

En daar zit voor beiden de kern. Taak nr 1 voor man én vrouw is zelfverloochening. Gevende liefde, gericht op de ander. En daarin trouw zijn. En God geeft elk van hen daarvoor een eigen rol. En dat kon wel eens een rol zijn die voor elk van hen een uitdaging betekent. Volgens sommige psychologen zouden mannen willen weglopen voor verantwoordelijkheden. En vrouwen zouden zich het liefst redden zonder dat manvolk. Als dit waar is, dan zet onze wijze God man en vrouw juist in zo’n positie ten opzichte van elkaar dat ze al hun liefdevolle inzet  nodig hebben om aan zijn ordening te voldoen. Mannen moeten van God eerstverantwoordelijk zijn, vrouwen moeten hun man volgen, recht doen aan zijn positie. En, heel klein uitstapje, neem dit eens mee naar de situatie van man en vrouw in de kerk. Zou hier misschien hetzelfde gelden? Dan mannen en vrouwen van God taken krijgen die hen juist de meeste inzet kosten, de meeste liefde, taken die niet aansluiten bij wat mannen en vrouwen al willen, maar wat hen juist uitdaagt en dwingt tot zelfverloochening?

 

Mooi vind ik het hoe het huwelijksformulier bij het bespreken van de onderlinge verhouding in het huwelijk allereerst de eenheid benadrukt. ‘Man en vrouw zijn aan elkaar gegeven om elkaar aan te vullen en te dienen, niet om elkaar te overheersen.’ Maar vervolgens worden de verschillende rollen die God man en vrouw geeft benoemt. Juist in de verscheidenheid moet eenheid gezocht worden. Door gevende liefde. Misschien blijven we dat moeilijk vinden. Dat man en vrouw verschillende taken krijgen van God, verschillende posities. Is voor God niet iedereen gelijk? Maar zijn man en vrouw gelijk? Nee, mannen en vrouwen zijn heel verschillend geschapen, lichamelijk maar ook geestelijk. Zijn man en vrouw gelijkwaardig? Ja, zeker. Het huwelijksformulier zegt heel mooi: ‘beiden delen in de liefde van Christus en beiden zijn erfgenamen van het eeuwige leven’. Maar betekent dit dat mannen en vrouwen gelijke rollen, gelijke taken, gelijke posities gekregen hebben van God? Nee. En dat doet niets af van hun waarde, maar voegt er juist aan toe.

 

Waarom zou je nu je huwelijk zo in gaan vullen, met de man als hoofd en de vrouw als hulp? Je kunt zeggen: omdat God dit zo voorschrijft in de bijbel. En je wilt uit liefde voor Hem gehoorzaam doen wat Hij zegt. Door zo te gehoorzamen eer je God. Ook kun je, om je heen kijkend, wijzen op huwelijksmoeiten. Loopt de man weg voor verantwoordelijkheid? Gunt de vrouw haar man zijn positie niet? Wanneer dat gebeurt geeft dat enorme spanningen. Maar hét motief om je huwelijk in te vullen met de man als hoofd en de vrouw als hulp is dat we dan de relatie van Christus en de gemeente inzichtelijk maken. Het huwelijk is een beeld, een illustratie van de relatie van Christus en zijn gemeente, van God en zijn volk. De apostel Paulus zegt in Efeziërs 5:32: ‘Dit mysterie (van man en vrouw) is groot - en ik betrek het op Christus en de kerk.’ De term mysterie duidt in de bijbel niet op iets dat niet te begrijpen is, maar op iets dat lange tijd verborgen is geweest, en nu in z’n volle betekenis aan het licht komt. Zo bestaat het huwelijk al sinds het begin van de wereld, maar nu pas -in Paulus’ tijd- wordt duidelijk dat het doel van het huwelijk is: de relatie van Christus en zijn gemeente inzichtelijk maken. Net zoals de mens geschapen is naar Gods beeld, zo is het huwelijk ingesteld naar het beeld van Christus en de gemeente, van God en zijn volk. Zie je in de mens iets van God, zo zie je -wanneer je kijkt naar twee getrouwden- iets van Christus en zijn gemeente. Namelijk zelfopofferende liefde. En daar gaat het om. Willen wij dat in onze huwelijken zichtbaar laten worden? Aan elkaar? Aan onze kinderen? Aan de mensen om ons heen die God niet kennen? Je huwelijk is naar Gods bedoeling de etalage van Christus’ liefde!

 

Kijk, je kunt allerlei doelen van het huwelijk benoemen. Het huwelijksformulier doet dat ook. In de wereld is er vaak maar één doel: gelukkig worden. En dat klinkt mooi, maar legt dat je leven niet vreselijk onder de knoet van: ‘ik moet en zal gelukkig zijn, anders klopt er iets niet’? En met geluk wordt dan vaak het hoogstpersoonlijke geluk verstaan, niet dat van de ander. Als christenen mogen we weten van dat andere doel. Dat in ons huwelijk Christus’ zelfopofferende liefde zichtbaar wordt, en de zelfopofferende volgzaamheid van zijn gemeente. Dat doel kan heel bevrijdend zijn. Getrouwd blijven -ik zeg het even heel cru- is geen kwestie van liefde maar van trouw! Verbondstrouw. En juist dan, juist daarin krijgt de liefde ruimte en zal de liefde opbloeien. Hét grote voorbeeld is Christus, zijn trouw, die ruimte geeft voor het opbloeien van onze liefde!

 

En die ruimte wordt gekleurd door genade. Door vergeving en vernieuwing. God vergeeft ons, omwille van Christus, God vernieuwt ons, door zijn heilige Geest. Zo is Gods verbondsrelatie met ons. Zo is Christus’ relatie met zijn gemeente. Diezelfde genade hebben wij ook nodig in onze huwelijken. Op diezelfde genade is ons huwelijk gebaseerd. De genade van Christus. Wij hebben Christus zelf nodig in onze huwelijken. Gebeurt het vaak niet dat wij in ons huwelijk de fout maken dat we vinden dat onze partner volmaakt moet zijn? Dat begint al bij een term als ‘de ware Jacob, of de ware Jacoba’. Maar volmaaktheid verwachten van je man of vrouw is hét recept voor ellende. We vergeten maar al te gemakkelijk dat wijzelf ook helemaal niet volmaakt zijn. Nee, zoek volmaaktheid in Christus. Zijn liefde is volmaakt, zijn trouw is volkomen, Hij offerde zich echt voor jou op, Hij zal er altijd voor je zijn, je nooit in de steek laten, bij Hem is ware geborgenheid en intimiteit, Hij kent je echt, Hij is de ware. Wanneer je zo Christus’ liefde ontvangt, heb je iets te geven aan je man, je vrouw. Voor een gelukkig huwelijk zullen wij een voorbeeld nemen aan Christus’ liefde en trouw. En samen als man en vrouw zoeken naar de invulling van de positie die God elk in het huwelijk geeft. Dan mag je een illustratie zijn van de liefdesrelatie van Christus en zijn gemeente. En zul je in je huwelijk leven van diezelfde liefde. God roept ons, mannen en vrouwen, zo lief te hebben. Amen.